Catia Luis Fula
3 minuten
Stel je voor: een echtpaar runt samen een vennootschap onder firma (VOF) tijdens hun huwelijk. Bij de ontbinding van de VOF wordt de onderneming voortgezet door de man als eenmanszaak, zonder schriftelijke afspraken over de verdeling van de waarde van de VOF. Komt het ondernemingsvermogen tijdens een echtscheiding dan alsnog in aanmerking voor verdeling? Recentelijk boog het Hof zich over een dergelijke kwestie.
Beeïndigen VOF
De zaak betrof een echtpaar dat in 1990 in gemeenschap van goederen trouwde en in 2023 scheidde. Gedurende hun huwelijk hadden ze samen een VOF, die per 1 september 2021 werd beëindigd. Na de ontbinding zette de man de onderneming voort als eenmanszaak. Bij deze ontbinding legden beide partijen een voorstel voor aan hun accountant. Het bleef onduidelijk of partijen ook afspraken hadden gemaakt over de waarde waartegen de man de VOF zou overnemen.
Tijdens de echtscheidingsprocedure stelde de man dan ook dat zij destijds hadden afgesproken dat de vrouw het ondernemingsvermogen zonder vergoeding aan hem zou laten overdragen, en dat zij geen verdere vorderingen zou hebben. In ruil hiervoor zou de vrouw tegen een hoger loon dan gebruikelijk in de onderneming blijven werken, hoewel zij niet alle overeengekomen uren maakte. Volgens de man bleek de overeenstemming uit het feit dat ze geen advies hadden ingewonnen bij de accountant, maar direct een kant-en-klaar voorstel presenteerden.
De vrouw stelt op haar beurt dat er helemaal niet is afgesproken dat de man het ondernemingsvergoeding zonder vergoeding zou overnemen. Zij heeft, naar eigen zeggen, daarom nu alsnog een vordering op de man van € 50.000 voor haar aandeel in de VOF. Uit het feit dat de accountant geen advies heeft gegeven, blijkt niet zonder meer dat er dus volledige overeenstemming was bereikt. Ook uit de overige correspondentie met de accountant zou niet blijken dat er overeenstemming is bereikt.
De accountant als getuige
Het kernprobleem in deze zaak is het ontbreken van schriftelijke afspraken. Het Hof moet nu, op basis van feiten en omstandigheden en het door partijen aangeleverde bewijs, vaststellen of er mondelinge afspraken waren. De rol van de accountant is hierin cruciaal, aangezien hij betrokken was bij de afwikkeling van de VOF en inzicht kan bieden in de handelingen en intenties van beide partijen.
Het Hof erkende het belang van deze getuigenis en gaf de man de mogelijkheid om de accountant als getuige te laten horen over de al dan niet tot stand gekomen overeenkomst met betrekking tot de toedeling van het ondernemingsvermogen en de belastingteruggave.
De belangrijke les
Deze zaak biedt een waardevolle les voor ondernemers en hun adviseurs: zorg voor heldere en gedocumenteerde afspraken, vooral bij het beëindigen van zakelijke samenwerkingen binnen een huwelijk. Het ontbreken van duidelijke overeenkomsten kan leiden tot langdurige en kostbare geschillen, zeker binnen een toch al emotioneel beladen echtscheidingsprocedure.
Accountants en juridische professionals kunnen hierin een essentiële rol spelen. Door tijdig advies in te winnen en een samenwerking met en tussen deze experts, kunnen ondernemers niet alleen de juridische en financiële implicaties beter begrijpen, maar kunnen er ook duidelijke afspraken op papier worden gezet. Dit minimaliseert toekomstige geschillen en draagt bij aan een constructieve afwikkeling van financiële zaken, waardoor alle betrokken partijen beter beschermd zijn.